Gewoon trappen.
Gewoon trappen.
Zo het is vrijdag 28 december 2018. Het jaar is voorbij gevlogen. Daar dacht ik aan tijdens mijn eerste fietstochtje sinds vier weken gistermiddag. Voor degene die mij niet zo goed kennen wielrennen is mijn sport. Je kent ze wel zo’n iets te dikke man van middelbare leeftijd in te strakke kleren voorovergebogen over zijn kromme stuur denkend dat hij Tom Dumoulin…. enfin die dus. Mijn rustperiode is weer voorbij. Ieder jaar stop ik een aantal weken met fietsen. Nog wel de boodschappen op de fiets.
Rust
Lichamelijk kom ik dan helemaal tot rust, Mentaal wordt het dan na een week al onrustig. Ik wil eigenlijk weer de fiets op. Ik kan wel zeggen dat fietsen een way of life is voor me. Dit jaar heeft een flinke verkoudheid me geholpen, steeds hoofdpijn en tegen koorts aan, bracht me, hoe gek het ook klonk, rust. Met die verschijnselen is het verstandig niet te veel sportieve inspanning te leveren. Legaal excuus is gevonden om mijn gedrag te rechtvaardigen. Een beetje mildheid mag ook wel.
Duiven-Doesburg
Ik moet zeggen het viel best tegen om weer te beginnen. Vanuit Duiven dacht ik wel even een rondje Doesburg over de dijken te rijden. Uurtje of anderhalf mompelde ik in mezelf. Let op je hartslag en gaan. Na het eerste euforische begin merkte ik dat mijn Garmin op stand-by stond. Verdorie weer een kilometer of vijf gemist. Voor de fietsers onder jullie; als het niet op Strava staat…. is het niet gebeurd. Na een half uur reed ik over de dijk en ondanks dat er weinig wind stond had ik langzaam het gevoel dat ik werd teruggeduwd. Ah, zo voelt dat als je moe wordt. Wat vind ik hier ook weer leuk aan? Weer te hard begonnen. Gewoon trappen.
Ik ben streng tegen mezelf dus tegen de dertig per uur rijden op een MTB kan ook best wel. Daar was mijn lat weer. Ik had hem al een tijd niet meer gevoeld. Nadat ik het eerste venijn eruit getrapt heb, komt het besef dat ik weer in opbouw ben voor het volgende seizoen. Mijn hartslag dient als graad meter. Mijn tempo neemt iets af door vermoeidheid en dan zou mijn hartslag even later volgen. Echter, zie ik mijn hartslag zakken naar waarden onder 100 slagen per minuut. Voor mij ongehoord laag. De sensor moet waarschijnlijk worden voorzien van een nieuwe batterij. Of ze ervaart ook wat opstart problemen. Nou ja gewoon trappen.
Vertrouwen
Ik moet nu dus vertrouwen op signalen die mijn lichaam afgeeft. Ik controleer mijn ademhaling en adem een aantal diep vanuit mijn buik. Voelt wel oké. Naarmate ik mijn tempo iets verlaag merk ik dat mijn benen ook minder vermoeid aanvoelen. In mijn hoofd stel ik mezelf de vraag of ik dit een uur of langer kan volhouden. Het antwoord is ja. Mijn tempo ligt nu tussen 26-28 km per uur. Hé, lekker zo. Mijn lichaam voelt warm aan en voor het eerst zie ik meer van de omgeving. Zelfs met een vaal winterzonnetje is het rondom Duiven best mooi. Best bijzonder om te zien hoe een aantal weken regen de omgeving weer een groene kleur kan geven. En dat in de winter. Zo zie je maar kleine stapjes hebben grote gevolgen.
Zien is voelen
Op de terugweg rijd ik via Didam. Als ik weer de kant van Zevenaar op draai lacht de zon me toe. Ze schijnt prachtig geel achter wolken. Ineens besef ik dat dit het hele jaar zo is gegaan. Momenten van veel warmte, licht en vreugde wisselden zich af met de dagen dat het bewolkt was en regende. Zo is het en zo zal het altijd wel blijven denk ik. Hoe zie je anders het verschil? Ik begon dit ritje om even te kunnen fietsen en een start te maken met het nieuwe fietsseizoen. Uiteindelijk heeft het mijn gedachten geordend en mijn verbinding met mijn lichaam en gevoel verbeterd. Als ik eenmaal Duiven bereik, heb ik een lekker vermoeid gevoel in mijn benen. Mijn hoofd is leeg. Geen “had ik maar of zal ik nog eens”. Nee het is duidelijk. De ingeslagen weg is goed zo en met een omweg of twee kom je er ook. In mijn eigen tempo. Gewoon door trappen naar mijn bestemming. Ik gun het je van harte.
Wil je ook eens spreekwoordelijk door trappen? Of misschien wel echt trappen. Neem dan contact met me op.